Het meubilair van b0b van Reeth door de ogen van zijn omgeving

Tien ontwerpen van b0b Van Reeth die je moet kennen

Dat b0b Van Reeth niet alleen architectuur en stadsplannen maar ook meubilair en interieurs ontwierp, bleef tot nu toe onderbelicht. Zijn tachtigste verjaardag vormt de ideale aanleiding om daar verandering in te brengen.

Image
b0b Van Reeth

Met een meubelmaker als vader kreeg b0b Van Reeth de liefde voor objecten en ambachtelijk vakmanschap met de paplepel binnen. Toen hij achttien was, ontwierp hij in het houtatelier van zijn vader een salontafel. Die viel jaren later zodanig in de smaak bij de vrouw van zijn stiefzoon dat hij ze haar prompt schonk. Niet alleen ‘Anneke’ (1961), maar ook ‘Georges’ (1986) is genoemd naar een familielid. Toen b0b een veranda bouwde aan het huis van Georges Franck - de vader van zijn toenmalige echtgenote, ontwierp hij een grote ronde tafel voor hem. “Ook voor zijn eigen broer George, die bij de Europese Ruimtevaartorganisatie in Parijs werkte, gebruikte hij deze tafel, weliswaar in een kleinere versie”, vertelt Jonas Van de Walle, die samen met b0b Van Reeth aan de Kazerne Dossin werkte en nu zijn eigen bureau Bildt runt.

Image
b0b Van Reeth - George's Table - foto Wim Van Nueten I Fotocollectie AWG

Ook in het voormalige bureau van b0b Van Reeth bij de Architectenwerkgroep of kortweg AWG – die nog altijd huist in een door hem en zijn partner Mica Franck gebouwd kantoor en woning (1985-1989) aan de Antwerpse Paardenmarkt - staat nog een sobere, postmodernistische Georges-tafel. Het glazen tafelblad rust op drie stevige inox poten die bovenaan een speels streepjesdetail kregen. Dat is een verwijzing naar zijn wellicht meest bekende ontwerp: het zwart-witte huis aan de Antwerpse Scheldekaaien.

“Naar aanleiding van de plannen en maquette van dit huis hebben we toen een tentoonstelling en receptie gegeven, waar Marcel Boon het openingswoord voerde, en onder meer de Georges-tafel en de RHoK-tafel te zien waren”, vult Walter Vercammen – die met Inter Design regelmatig samenwerkte met b0b – aan.

Die iconische woning vormde ook de rechtstreekse inspiratiebron voor het FriWill-tapijt (1986), dat b0b Van Reeth voor de Antwerpse interieurarchitecten van Contrast ontwierp. “Toen ik in 1984 op Interieur Kortrijk handmatig tuften als nieuwe techniek introduceerde, verliep dat erg moeizaam. Om de mogelijkheden beter te kunnen overbrengen nodigde ik enkele gerenommeerde architecten zoals Jo Crepain, Georges Baines, Charles Vandenhove en Suzon Ingber uit om een ontwerp te maken. b0b stelde voor om een detail van de frontale gevel van het zwart-witte huis naar een tapijt te vertalen. De naam is een verwijzing naar de twee bouwheren van de woning: Will en Frieda van Roosmalen”, vertelt Johan Bruynseraede van Contrast. “Na die eerste lancering in 1986 maakten we samen met b0b nog twee tapijten: een unieke variatie op dit ontwerp voor Georges Franck en Dotline, dat meer uit driehoekige vormen bestond.”

Image
Fri-will tapijt in kantoor- en woongebouw Detroit in Amsterdam, 1998 I foto Kim Zwarts I Fotocollectie AWG

Het zwart-witte motief duikt ook op in een pateen en kelk (1991) uit (verguld) zilver en epoxy die hij in opdracht van Cyriel en Maria Van Uytvange-De Lange ontwierp voor de priesterwijding van Jan Van Uytvange. Voor de uitvoering werkte hij samen met goud- en edelsmid Wim Ibens. Een messing prototype voor de schaal bevindt zich nu in DIVA. “Het zwart-witte motief is een hommage aan Adolf Loos, die in datzelfde motief een nooit uitgevoerde residentie voor variété-artieste Josephine Baker in Parijs ontwierp”, vertelt Van de Walle.

Image
Schaal van Wim Ibens naar ontwerp van b0b Van Reeth

Geometrische verhoudingen

Het meest bekende meubelontwerp van B0b Van Reeth is ongetwijfeld de uigepuurde T-b0ne-serie (1988). Die ontwierp hij los van enige architecturale opdracht “op een zondagochtend”, en dus vooral voor zijn eigen plezier. “T-b0ne is een zoektocht naar geometrie en verhoudingen, wat bij het ontwerpen altijd een leidraad was. Een vierkant van 44 op 44 centimeter vormt het vertrekpunt. Ook de zithoogte bedraagt 44 cm, de rugleuning meet 88 cm. Alle onderdelen van de stoel werden vanuit een basis van negen vierkantjes verticaal gesculpteerd waarbinnen de poten – en ook de kromming van de rugleuning – in al zijn dimensies geometrisch moest passen”, vertelt Geert Driesen, die lange tijd samen met b0b Van Reeth aan het roer stond bij AWG.

Image
b0b Van Reeth - T-b0ne Stoel

De eerste T-b0nes werden gebruikt voor de inrichting van het Antwerpse Zuiderpershuis in 1993, maar ook voor de drijvende theaterzaal De Ark of de winkels van Dries Van Noten. Tot vandaag staan ze onder meer in Averbode, West-Vleteren en in de kantoren van de Vlaams Bouwmeester in Brussel waar b0b Van Reeth als eerste de plak zwaaide. “Halfweg de jaren 1990 produceerde de Waalse schijnwerkerij Baumans exemplaren in eik. Die had hij leren kennen via de bevriende, Luikse ingenieur René Greisch. In 2010 heeft het West-Vlaamse De Zetel de productie overgenomen, en enkele nieuwe variaties in beuk op de markt gebracht. Al hield ook dat bedrijf het in 2019 voor bekeken”, vertelt Driesen. “Dat is bijzonder jammer, want de stoel heeft een tijdloos karakter en is ijzersterk. Na dertig jaar zit ik er nog elke dag op.”

“Wie vanuit het materiaal vertrekt en vanuit de moeilijkheid van een constructie, die werkt aan een klassieker”
b0b Van Reeth

Met diezelfde Greisch werkte hij aan de R-bOrn-tafel (1996) voor de Carte Blanche-serie van Bulo. Samen vertalen ze hun visie op een werktafel in een rechttoe rechtaan ontwerp met inox frame en blad uit Eternit. “Dankzij de keuze voor dit ongewone materiaal ontstaat er een spanningsveld in het ontwerp, wat hem meer vrijheid verleent”, vertelt Van de Walle.

Zelf zei b0b Van Reeth over meubels ontwerpen in de catalogus van Bulo onder meer: “Wie vanuit het materiaal vertrekt en vanuit de moeilijkheid van een constructie, die werkt aan een klassieker” en “Als je een traditie op een mooie manier verstaat en ze verder zet, is je kans op tijdloosheid groot”.

Image
b0b Van Reeth - R-b0rn Tafel

Logische onlogica

Een ontwerp dat naar aanleiding van zijn tachtigste verjaardag nieuw leven ingeblazen wordt, is het On-line servies (1997). De Winkelhaak en Knack Weekend brengen het moeilijk te vinden servies in een gelimiteerde uitgave terug op de markt. “Het servies kwam er op initiatief van Kafétee, een bruisend meubelcafé in Gent. Voor elk aspect van de inrichting deden ze beroep op andere ontwerpers. Zo kwamen ze in 1995 op het idee om veertig ontwerpers te vragen om het iconische Kitchen-servies van Royal Boch te herinterpreteren. Onder druk van de deadline koos b0b ervoor louter een lijn toe te voegen. Met minder kon het niet. Tegelijk is dat een heel fijne streep geworden, die aanzet tot spelen en zo bijzonder veel mogelijkheden schept”, vertelt Driesen. In de bijhorende catalogus naar aanleiding van de grootschalige lancering verwoordde b0b Van Reeth het als volgt: “Je kan de opgave vergelijken met het verbouwen van een bestaand gebouw, zonder de structuur ervan te kwetsen. Door één lijn een klassiek bord vereigentijdsen.”

Image
b0b Van Reeth - On-line Servies ©Wout Hendrickx

Het On-line servies keert terug

Ter gelegenheid van b0bs verjaardag brengt DE WINKELHAAK | HOUSE OF C de “On-line collectie” opnieuw uit in een beperkte oplage. De contacten met Royal Boch werden aangehaald, het ontwerp uit de archieven opgediept en het servies werd terug in productie gebracht.

De collectie is vanaf 15 februari 2023 te koop in de galerij van DE WINKELHAAK. Knack Weekend biedt de 30-delige set (6 stuks van elk) aan in voorverkoop vanaf 1 februari en met 25% korting. Zolang de voorraad strekt!

Kijk voor meer informatie op de website van DE WINKELHAAK

Image
b0b Van Reeth - ROHK tafel

Van een zelfde speelse eenvoud getuigt de RHoK-tafel (1986). Die ontwierp Van Reeth voor de gelijknamige kunstschool in Etterbeek. “b0b was goed bevriend met de toenmalige directeur Marcel Boon. Toen de school verbouwd moest worden, maakte hij een ontwerp. De verbouwing zelf kwam er nooit, maar hij ontwierp in die periode wel een tafel voor de cafetaria. Daarvoor liet hij zich inspireren door de Café-stoelen van Fritz Hansen voor Copenhagen Pelikan (1985), die al eerder waren aangekocht. Daarom is de originele tafel uitgevoerd in gegalvaniseerd staal, en heeft ze twee vierkante rechte poten en twee ronde schuine poten. Om ervoor te zorgen dat de tafel stabiel staat, kan je de poten aandraaien. Het tafelblad bestond uit een dunne plaat in geborsteld inox of een gegoten glazen blad waardoor je de contouren van de poten zag”, vertelt Driesen. “Dat de tafel tot de verbeelding sprak, blijkt uit het gedicht van Stefaan van den Bremt en de tekening die zijn goede vriend GAL er over maakte. Vaak speelt b0b met humor in op een context, waardoor er een soort logische onlogica in zijn ontwerpen sluipt”, vult Van de Walle aan.

“Dat de tafel tot de verbeelding sprak, blijkt uit het gedicht van Stefaan van den Bremt en de tekening die zijn goede vriend GAL er over maakte. Vaak speelt b0b met humor in op een context, waardoor er een soort logische onlogica in zijn ontwerpen sluipt.”
Jonas Van de Walle
Image
Over een scheve poot - Gedicht van Stefaan Van den Bremt
Image
De ROHK-tafel in een illustratie van GAL

Over een scheve poot

Een deugdelijke tafel staat
op vier rechte poten.
Een wellevend mens zit
recht aan de tafel.

Een onwellevend mens zakt
scheef aan tafel. Hij is
als de scheve poot van
een ondeugdelijke tafel.

Een ondeugdelijke tafel waggelt
schabouwelijk als een dronkaard
of als krompraat of een schuine
mop over een scheve poot.

Een erop los levend mens loopt
schuins van stapel, marcheert
schuins over de deugdelijkste
tafelen. God, wat doen we als

de rechtschapene valt
en opstaat en terugvalt
over een scheve poot?

- Stefaan Van den Bremt

Interieurs voor de eeuwigheid

Naast meubelen ontwierp b0b Van Reeth verschillende interieurs en installaties. Een van de meest opmerkelijke is ongetwijfeld de theaterboot De Ark (1992). “Naar aanleiding van Antwerpen Cultuurstad 1993 wilden we het publiek laten kennismaken met moeilijk te definiëren en te gebruiken plekken. Daarom richtten we de vzw B.O.M.P.A of ‘Bouwen op Moeilijke Plekken in Antwerpen’ op”, steekt Marc Santens - die B0b in de jaren 1970 leerde kennen als redactiesecretaris bij Openbaar Kunstbezit Vlaanderen - van wal. “Zo bedacht architect Aldo Rossi een project voor de achterkant van het Zuiderpershuis, en de gebroers Schuiten een virtuele welkomstpiramide voor het Astridplein. B0b wilde de aandacht vestigen op de culturele betekenis van de Schelde als een specifiek stedelijke plek. Zo kwamen we op het idee om een binnenvaartschip om te bouwen tot drijvende theaterzaal, die in de loop van het festival van plaats zou kunnen veranderen. Naast een theaterzaal voor 150 mensen bestond de loden constructie van 78 meter lang uit een residentie voor de artiesten en een bar. Tijdens Antwerpen Culturele Hoofdstad 1993 speelden er vooral jonge theatercollectieven uit verschillende Europese landen. Vandaar ook de naam ‘Ark’.”

Image
Maquette van de Ark

De Ark betekende zowel persoonlijk als privé de bevestiging van een lange, nauwe band tussen Marc Santens en b0b Van Reeth. “Bij de opening van De Ark stelde minister voor Wetenschapsbeleid Wivina Demeester dat we de ‘stedelijke vernieuwing moesten doorzetten’. Enige tijd later vroeg ze b0b of hij de eerste Vlaams Bouwmeester wilde worden, naar zijn Nederlandse evenknie. Na veel aandringen antwoordde hij daar positief op, maar stelde één voorwaarde: dat wij als team de uitdaging mochten aangaan. Net als bij De Ark gingen we tijdens dat mandaat op zoek naar projecten die de eigenheid van plekken in de stad versterkten. Wat zowel in zijn architectuur, projecten als meubilair terugkomt, is zijn liefde voor pure materialen en functionele soberheid die vaak een grotere complexiteit verbergt”, vertelt Santens. “Ook de idee en relativiteit van tijdelijkheid en de flexibiliteit van invulling dook regelmatig terug op. De Ark zelf is trouwens nog altijd in gebruik als feestzaal van het Pomphuis in de Antwerpse haven. Soms droom ik ervan dat ze beschermd wordt als varend erfgoed.” 

Zijn aandacht voor pure oplossingen, zijn oog voor details en voor soms op het eerste gezicht onlogische oplossingen die achteraf visueel en gevoelsmatig toch helemaal bleken te kloppen, is me altijd bijgebleven.
Guido Vancoppenolle

Een ander opmerkelijk project is de inrichting van de private vertrekken voor de paters, zoals de kapittelzaal, de slaapvertrekken, het refectorium en het scriptorium, in de Abdij van West-Vleteren in 2011. Daarvoor werkte hij samen met Guido Vancoppenolle van Koplamp Architecten uit Roeselare. “Voor het ontwerp greep b0b terug naar de middeleeuwse manier waarop ruimtes rond een pandgang zijn georganiseerd in een cisterciënzerabdij, en ging hij uitgebreid in gesprek met de broeders. Zijn aandacht voor pure oplossingen, zijn oog voor details en voor soms op het eerste gezicht onlogische oplossingen die achteraf visueel en gevoelsmatig toch helemaal bleken te kloppen, is me altijd bijgebleven”, vertelt Vancoppenolle. “Dankzij de keuze voor een zwarte gevel gaat het gebouw visueel op in de bosrijke omgeving. Binnenin zetten sobere, natuurlijke materialen zoals bakstenen, beton en hout de toon.”

“Hij wilde een tijdloos ontwerp creëren, waarin ook de T-bOne-stoelen en -tafels een hoofdrol spelen. Dat hij voor de paters, en dus voor de eeuwigheid, mocht bouwen, vond hij fantastisch”, besluit Driesen.

Tekst: Elien Haentjens

--

Meer b0b Van Reeth?
Ter ere van zijn 80ste verjaardag is er in DE WINKELHAAK | HOUSE OF C de expo 'IN VERBAND MET b0b - een hommage aan meesterschap' te zien van 1 februari tot en met 28 april. Voor deze tentoonstelling koos b0b 9 projecten waarbij hij niet betrokken was als ontwerpend architect, maar wel als expert, als raadgever of als voorzitter van de jury. Het is aan de bezoeker van de tentoonstelling om telkens de hand van de meester te (h)erkennen in deze boeiende realisaties. Meer info vind je hier.

Het Vlaams Architectuur Instituut toont in De Singel de video-installatie bOb80, met een aantal spraakmakende filmfragmenten met b0b Van Reeth in de hoofdrol. De installatie is te bezoeken tot 26 maart. Meer info vind je hier.